Rolbiscuit met confituur

Voor de biscuit

  • 150 g fijne suiker
  • 150 g zelfrijzende bloem. Gezeefd!
  • 5 volledige eieren
  • Snuifje zout
  • Afwerking
  • Confituur naar eigen smaak
  • Slagroom
  • Geschaafde amandelen

 

Bereiding
Klop de volledige eieren, samen met de suiker tot een luchtige massa. Voeg beetje bij beetje het zout toe. Zeef de bloem en voeg deze beetje bij beetje toe. Om te mengen kan je het best je handen gebruiken. Doe dit zeer voorzichtig zodat het beslag luchtig blijft.
Stort het beslag uit op een bakplaat die je eerst voorziet van een bakpapier. Zorg ervoor dat het beslag over de volledige bakplaat evenredig verdeeld is. Het beslag moet ongeveer een hoogte hebben van 1 cm.
Bak af in een voorverwarmde oven op 200 °.
Van zodra dat de biscuit begint te kleuren (+/- 8 minuten), haal je deze uit de oven. En nu moet je voortmaken, want eens de biscuit afgekoeld is, kan je hem niet meer zo goed opdraaien.
Draai de bakplaat voorzichtig om en verwijder het bakpapier. Smeer de biscuit in met je favoriete confituur. Spatel hierboven stevig opgeklopte slagroom en rol de biscuit voorzichtig op. Let er wel voor dat je niet de volledige biscuit bestrijkt met de confituur en de slagroom, want door het oprollen zal de confituur en slagroom zicht over de volledige rol vanzelf gaan verspreiden.
Bak de amandelen in een antikleefpan lichtbruin. Bestruik de buitenkant van de biscuit met wat confituur die je opgewarmd hebt en rol de biscuit door de geroosterde amandelen.
Klaar.